Vereenvoudiging bewijslast intracommunautaire leveringen vanaf 01 juli 2016

De minister van Financiën heeft in zijn beleidsnota voor 2016 aangekondigd om de bewijslast bij intracommunautaire leveringen te vereenvoudigen met het oog op meer rechtszekerheid voor de belastingplichtige.

Deze principes en de voorwaarden waaraan zo’n bestemmingsdocument moet voldoen zijn uiteengezet in de Beslissing nr. ET 129.460 van 1 juli 2016.

Het is in de praktijk nl. een bekend fenomeen dat het bewijs van het vervoer van België naar een andere Lidstaat niet gemakkelijk te leveren is als o. a. de koper instaat voor het vervoer.

Daar is nu een mouw aangepast.

Als de leverancier een zgn. bestemmingsdocument kan voorleggen, naast de verkoopfactuur en betalingsbewijzen van de verkoopprijs, dan geldt dit bestemmingsdocument als alternatief bewijs van het intracommunautaire vervoer en wordt dit beschouwd juist te zijn tot bewijs van het tegendeel.

Dit weerlegbaar vermoeden geldt uiteraard niet als de verkoper bij een belastingfraude is betrokken geraakt.

TER VERDUIDELIJKING:

De levering van goederen vanuit België naar een andere EU lidstaat – tussen twee belastingplichtigen - zijn volgens artikel 39bis van het BTW wetboek vrijgesteld van BTW, de zogenaamde intracommunautaire leveringen..

De leverancier vermeld op zijn factuur “BTW verlegd” en dient geen BTW aan te rekenen op zijn factuur.

De koper zal de BTW voldoen in zijn lidstaat.

Indien de leverancier geen beroep deed op een vervoermaatschappij om de goederen naar de klant te brengen, maar vb. de klant de goederen zelf meenam naar zijn lidstaat was er weinig bewijs dat de goederen ook effectief de grens overschreden hadden.

Daarom is dus vanaf 01 juli het “bestemmingsdocument” in het leven geroepen.

Dit bestemmingsdocument zal:

  • opgesteld worden door de leverancier.
  • een bewijsstuk vormen voor de leverancier in zijn boekhouding dat de goederen naar een andere lidstaat zijn gegaan.
  • alle goederen vermelden die deel uitmaken van een intracommunautaire levering, ongeacht de overeengekomen leveringsvoorwaarden.
  • een periode bevatten van maximaal drie opeenvolgende kalendermaanden waarin de goederen door of voor rekening van de koper in ontvangst werden genomen.
  • door de koper gedagtekend en handtekend worden ten laatste binnen de 3 maanden na het verstrijken van de leveringsperiode.
  • per e-mail of op enige andere elektronische wijze worden verstuurd alsook de bevestiging, echter dient de authenticiteit van de ondertekenaar gegarandeerd te zijn. Vandaar dat de leverancier best op voorhand de identiteit en/of hoedanigheid van de kopen of persoon die het bestemmingsdocument zal dag- en handtekenen laat bevestigen op een schriftelijke wijze zoals vb. mail, brief.

Het bestemmingsdocument dient ten minste volgende vermeldingen te bevatten:

  • naam – adres en BE nummer van de leveranciers.
  • naam – adres en BTW nummer van de koper in de andere lidstaat.
  • bevestiging van aankomst van de goederen cfr. artikel 138, lid 1 van de richtlijn 2006/112/EG.
  • periode waarop het document betrekking heeft.
  • de geleverde goederen.
  • een verwijzing naar de factuurnummer – factuurdatum betreffende deze levering.
  • maand en het jaar van ontvangst van de geleverde goederen.
  • De plaats van aankomst van de goederen.
  • De prijs excl. BTW in euro van de geleverde goederen.

Het bestemmingsdocument zal dus vanaf 1 juli 2016 als alternatief bewijsmiddelen gelden van de intracommunautaire levering samen met de verkoopfactuur, betalingsbewijzen, factuur met betrekking tot vervoer, intracommunautaire opgave.

Blijf op de hoogte

Ben je benieuwd naar onze projecten, naar meer vakkennis of nieuwe wetgeving? Schrijf je dan in op onze nieuwsbrief en mis niets! Laat je gegevens achter en wij doen de rest.

Verbonden met mensen door cijfers